Gemeenten moeten zogenoemde derdelanders voorlopig blijven opvangen en hun dezelfde rechten geven als andere vluchtelingen uit Oekraïne. Dat schrijft demissionair staatssecretaris Van der Burg van Asiel en Migratie in een brief aan de Tweede Kamer.

Van der Burg zegt genoodzaakt te zijn tot dit besluit, omdat de Raad van State vragen gesteld heeft over de kwestie aan het Hof van Justitie van de Europese Unie. De hoogste bestuursrechter zei vandaag van het Europese Hof te willen weten wanneer het verblijfsrecht van derdelanders eindigt. Tot er antwoord komt, zijn lopende procedures bij de Raad van State op pauze gezet.

Derdelanders zijn mensen die niet de Oekraïense nationaliteit hebben maar in Oekraïne wel asiel of een permanente verblijfsvergunning hadden. De hernieuwde opvang van deze groep vluchtelingen duurt volgens Van der Burg in ieder geval totdat het Europese Hof antwoord heeft gegeven. Het is niet bekend wanneer dat gebeurt.

‘Geeft voorlopig duidelijkheid’

De staatssecretaris heeft gemeenten over het besluit geïnformeerd. Door de lopende juridische procedures wisten veel gemeenten niet precies meer wat ze moesten. Sommige gemeenten beëindigden begin deze maand de opvang van derdelanders, zoals oorspronkelijk het plan was. Anderen kozen ervoor de vluchtelingen toch nog op te vangen.

Het Veiligheidsberaad en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) zijn blij dat de brief van Van der Burg zorgt voor eenduidigheid. “Deze lijn geeft zowel gemeenten als derdelanders voorlopig duidelijkheid”, zegt een woordvoerder tegen het ANP.

Alleen derdelanders die nog in Nederland zijn, kunnen weer opvang krijgen bij de gemeenten. Mensen die al zijn vertrokken uit Nederland kunnen niet opnieuw opvang krijgen.