De Tweede Kamer heeft afspraken gemaakt met de burgemeester van Den Haag om sneller te kunnen ingrijpen als er demonstraties in het Kamergebouw worden gehouden. Woensdag was er een pro-Palestijnse actie in de entreehal, terwijl dat verboden is.

Kamervoorzitter Bosma vindt demonstreren een belangrijk onderdeel van onze rechtsstaat, maar schrijft namens het dagelijks bestuur dat er maatregelen worden getroffen. Zo wordt bij binnenkomst van het gebouw nog duidelijker gemaakt dat “demonstratieve gedragingen en uitingen” niet zijn toegestaan, “zodat hierover geen enkel misverstand kan ontstaan”.

Bij de pro-Palestijnse actie van woensdag werden in de entreehal leuzen geschreeuwd als “From the River to the Sea, Palestine wil be free”. 19 betogers werden door de politie aangehouden, omdat ze niet wilden weggaan. Een aantal van hen werd weggesleept en het kostte “enige tijd” voor de rust was weergekeerd.

Het bestuur van de Tweede Kamer deed aangifte tegen de arrestanten van “lokaalvredebreuk en verstoring van de vergadering”. Ze mogen vier weken lang het Kamergebouw niet meer in. De afgelopen weken waren er meer acties van pro-Palestijnse betogers in het Tweede Kamergebouw. In de plenaire zaal werden drie keer Palestijnse vlaggen uitgerold van de publieke tribune.

Lokaalvredebreuk

Verder heeft de Tweede Kamer afspraken gemaakt met de burgemeester Van Zanen over de “bevoegdheidsverdeling”. Die komen erop neer dat de politie voortaan zonder tussenkomst van de burgemeester kan worden ingeschakeld, als er sprake is van “ernstige overtredingen van de huisregels”. Woensdag kwam de politie pas nadat daarover contact was geweest met de burgemeester.

Bosma betreurt de acties in het gebouw “ten zeerste”, schrijft hij. “De Tweede Kamer is een open en toegankelijk parlement, waar iedereen welkom is. Ordeverstoringen, op welke manier dan ook, zijn niet geoorloofd.” Hij stelt dat Kamerleden en bewindspersonen ongestoord met elkaar in debat moeten kunnen gaan en dat ook fractiemedewerkers en de ambtelijke ondersteuning zonder vrees moeten kunnen werken.