Onderzoeksinstituut RIVM neemt afstand van landbouwminister Wiersma’s bewering, dat haar voorstel om stikstofregels te versoepelen wetenschappelijk onderbouwd is. Ook andere wetenschappers die door haar ministerie zijn benaderd, weerspreken die claim.
Bovendien hebben wetenschappers en onderzoeksinstellingen die meedachten met het ministerie geen idee wat er met hun bijdrage is gebeurd. Wiersma houdt de laatste versie van het wetenschappelijke rapport waarover zij adviseerden geheim.
Minister Wiersma kondigde vrijdag in De Telegraaf aan dat ze de “rekenkundige ondergrens” wil verhogen. Dat voorstel is een langgekoesterde wens van een groot deel van de Tweede Kamer. Met zo’n verhoogde ondergrens zou het makkelijker worden om bedrijven uit te breiden en woningen te bouwen of nieuwe wegen aan te leggen, zolang daar maar weinig stikstof vrijkomt. Het voorstel zou ook een oplossing bieden voor zogenoemde PAS-melders, boeren en andere ondernemers die sinds de stikstofuitspraak van de Raad van State in 2019 illegaal zijn geworden.
Het voorstel van Wiersma is om die ondergrens met een factor 200 te verhogen naar 1 mol per hectare per jaar. De minister zei vrijdag tegen de krant dat ze aan ‘de wetenschap’ heeft gevraagd of een hogere grens mogelijk is. Met ‘de wetenschap’ bedoelt Wiersma hoogleraar Arthur Petersen (UCL), die het voorstel voor haar uitwerkte.
Niet te controleren
“Het antwoord is: ja”, citeert de krant de minister. “Wij komen nu uit op 1 mol en willen dat invoeren. We hebben dit ook nog laten controleren door een tweede groep wetenschappers.” Die tweede groep wetenschappers werd door het landbouwministerie gevraagd om te reageren op het voorstel van Petersen.
Maar uit gesprekken die de NOS met een aantal van die wetenschappers heeft gevoerd blijkt dat zij het er niet over eens zijn dat de grens op 1 mol zou moeten liggen. Zo zegt het RIVM “dat er geen sluitende wetenschappelijke onderbouwing voor een rekenkundige ondergrens is”, zoals het onderzoeksinstituut in oktober ook al in de Tweede Kamer betoogde. Ook andere wetenschappers met wie de NOS sprak zeggen dat zo’n wetenschappelijke onderbouwing ontbreekt.
Geen harde wetenschap
Sommige wetenschappers wilden niet met het ministerie meedenken. Stikstofdeskundige Jan Willem Erisman (Universiteit Leiden) vindt “dat je wetenschappers niet om zo’n ondergrens kunt vragen”. “Waar je de ondergrens voor een vergunning legt, is namelijk geen harde wetenschap. Bij zo’n keuze wegen andere factoren mee, zoals het belang van de economie of van de natuur. Het is aan beleidsmakers om de belangen tegen elkaar af te wegen.”
Hoe het uiteindelijke rapport van Petersen precies in elkaar zit en wat er met de bijdragen van kritische wetenschappers is gebeurd is op dit moment niet te controleren. Wiersma’s ministerie houdt de laatste versie van het rapport geheim.
In een gisteravond gepubliceerde Kamerbrief staat dat ze vreest dat ondernemers het rapport direct al gebruiken om nieuwe vergunningen aan te vragen of het tegen de overheid gebruiken in rechtszaken. Zelfs wetenschappers die meewerkten hebben het definitieve document niet ingezien.
Eén van de wetenschappers die feedback gaven, UvA-onderzoeker Emiel van Loon, zou liever zien dat de stukken dan ook openbaar worden gemaakt. “Als je benadrukt dat het wetenschappelijk gepeerreviewed is, dan zou ik het wel zo helder vinden dat je je ook aan de wetenschappelijke gewoonte houdt om onderzoeken openbaar te publiceren.” Het komt transparantie en wetenschappelijke discussie ten goede komt als het stuk wel openbaar is, stelt hij.
Dat er geen sluitende wetenschappelijke onderbouwing is gevonden, betekent overigens niet dat de minister geen hogere drempelwaarde zou kunnen invoeren. Die beleidskeuze kan ze maken zonder dat ze daar wetenschappelijk bewijs voor nodig heeft, stelt het RIVM. Wiersma schrijft in haar brief aan de Tweede Kamer juist dat het niet om een beleidskeuze gaat en benadrukt de wetenschappelijke basis van het voorstel.
Het versoepelen van de stikstofregels voor kleine uitstoters zou de stikstofuitstoot wel automatisch verhogen, waardoor er ook meer stikstof in de overbelaste Natura 2000-gebieden terechtkomt. Die hogere stikstofuitstoot zou op een andere manier moeten worden gecompenseerd. “Hierdoor wordt de opgave om stikstofdepositie te verminderen in kwetsbare natuur groter”, waarschuwt het onderzoeksinstituut.
Proefproces
In de gisteravond gepubliceerde Kamerbrief erkent Wiersma dat er risico’s zijn verbonden aan haar plan. Als ze de regels inderdaad versoepelt hoeven veel bedrijven geen vergunning meer aan te vragen, maar dat betekent ook dat al die ondernemingen in de problemen komen als de rekenkundige ondergrens sneuvelt bij de hoogste bestuursrechter.
Dan zou er “een vergelijkbare groep als de PAS-melders” ontstaan, schrijft ze aan de Tweede Kamer. Toch verwacht ze dat de nieuwe ondergrens binnen enkele maanden kan worden ingevoerd. Om te voorkomen dat zo’n nieuwe groep PAS-gevallen ontstaat wil Wiersma een proefproces voeren. Daaruit zou dan definitief moeten blijken of de rechter deze ondergrens accepteert.
Wiersma wil het voorstel eerst naar de Raad van State sturen voor advies en pas daarna openbaar maken. Of het lukt om het document zo lang geheim te houden is zeer de vraag. Kamerleden hebben om openbaarmaking gevraagd voor het stikstofdebat dat vanmiddag op de agenda staat. Wiersma schrijft in haar brief dat ze bereid is om dat te doen als de Kamer die wens later vandaag nogmaals uitspreekt.