Niko Koffeman, medeoprichter van de Partij voor de Dieren en fractievoorzitter in de Eerste Kamer, wil dat het onderzoek naar vermeende integriteitsschendingen door partijleider Esther Ouwehand doorgaat. Koffeman zegt in Nieuwsuur geen kant te kiezen in de ruzie tussen Ouwehand en het bestuur, maar uit wel kritiek op de werkwijze van de fractievoorzitter.
Volgens Koffeman dreigt de vernieuwing binnen de partij te worden teruggedraaid “als de partijleider weer alle macht naar zichzelf wil trekken”.
Ophef
Afgelopen zaterdag besloot het bestuur om Ouwehand niet als lijsttrekker voor te dragen. Reden hiervoor waren “recente meldingen omtrent integriteitsschending”. Het besluit leidde tot enorme commotie in de achterban van de partij. Lokale PvdD-politici zegden het vertrouwen in het bestuur op en ook de meeste fractiemedewerkers bleven achter Ouwehand staan. Kamerlid Leonie Vestering besloot door de partijcrisis met onmiddellijke ingang de Tweede Kamer te verlaten.
“Uitsluitend vanwege de ophef” besloot het bestuur woensdag om af te treden en Ouwehand toch op de kandidatenlijst te zetten voor de Tweede Kamerverkiezingen als lijsttrekker. Maar de bestuurders benadrukken wel dat ze Ouwehand nog steeds niet integer genoeg vinden om lijsttrekker te worden.
Integriteitsschendingen
Koffeman zegt niet te weten wat die integriteitsschendingen waren. Wel zegt hij ontstemd te zijn over de recente onthulling van Nieuwsuur, waaruit bleek dat Ouwehand een plan had opgesteld om een bestuurslid weg te krijgen.
Ook de brief die Ouwehand opstuurde, waarin ze stelde dat “het bestuur de ontwikkeling van de partij tegenhoudt”, is volgens Koffeman een strategie die niet bij de partij past. “Op het moment dat je in één machtige beweging een mail opstuurt, waarvan je weet dat het de volgende dag in de krant staat, en zegt dat de oprichters van de partij te veel invloed hebben op het bestuur, dan gooi je mensen voor de bus.”
Uit het document bleek dat een medewerker van Ouwehand een plan had opgesteld met ‘vervolgstappen’ om een bestuurslid van de partij weg te krijgen. Volgens Ouwehand had de vrouw in kwestie ‘leugens’ over haar verteld en weigerde het partijbestuur daarop in te grijpen. In het document worden vergaande acties voorgesteld. Ouwehand bevestigde aan Nieuwsuur de authenticiteit van het document.
“Ik vind het niet integer om een aanvalsplan te maken om het bestuur zwart te maken”, zegt Koffeman. “Dit is een bestuur van mensen die vrijwillig naast hun werk de partij grootgemaakt hebben. Dat bestuur moet je geen onterechte verwijten maken en in deze zin heeft Ouwehand dat wel gedaan.”
Onderzoek
En dus is het volgens Koffeman van belang dat het onderzoek naar Ouwehand, ondanks het gedwongen vertrek van het bestuur, doorgaat. “Op het moment dat het bestuur kennis heeft van zaken, en het niet verantwoord vindt om iemand voor te dragen, dan moet je dat serieus nemen.”
Op de vraag of hij dan niet juist de kant van het bestuur kiest, reageert Koffeman dat daar geen sprake van is. “Ik neem geen afstand van Ouwehand. Ik vind haar een geweldig Kamerlid. Maar ik vind dat ze samen met het bestuur had moeten optrekken voor de idealen van onze partij, en ik betreur dat dat niet is gebeurd.”
Koffeman vergelijkt de situatie met een buschauffeur die allemaal rode lampjes op zijn dashboard ziet knipperen en besluit de bus te stoppen, maar dat alle passagiers eisen dat hij doorrijdt. “Het lijkt mij heel onverstandig als we doen alsof we die lampjes niet hebben zien knipperen. Het is belangrijk dat dat onderzocht wordt.”