Als de plannen van minister Kuipers voor een reorganisatie van de kinderhartchirurgie doorgaan leidt dit tot het verlies van onmisbare kinder-IC-bedden. Ook de minister zelf ziet het huidige aantal IC-bedden als onmisbaar, hij heeft de Tweede Kamer gegarandeerd dat hij verlies ervan zal voorkomen. Uit onderzoek van de NOS naar het aantal landelijk beschikbare bedden blijkt echter dat sluiting van één van de zeven kinder-IC’s onvermijdelijk is als de minister zijn plannen doorzet.

De minister wil de zeer specialistische kinderhartchirurgie voor het hele land concentreren in twee ziekenhuizen. Zo opereren artsen meer patiënten en worden ze nog beter in deze complexe vorm van zorg. Het Leiden UMC en UMC Utrecht moeten hun kinderhartchirurgie-afdeling van Kuipers opgeven.

Maar de gevolgen van deze sluiting leiden tot een niet-uitvoerbare situatie. De crux ligt in het Leiden UMC. Dat ziekenhuis dreigt de kinder-IC te moeten sluiten, als daar over twee jaar in één klap twee derde van de patiënten zullen wegvallen.

Kuipers heeft beloofd dat daar een oplossing voor is: hij wil alternatieve vormen van hoogcomplexe zorg uit andere UMC’s naar Leiden halen, zodat de kinder-IC daar open kan blijven. Maar uit een analyse van de NOS blijkt dat dit niet genoeg patiënten oplevert om het verlies van het kinderhartprogramma op te vangen. Zonder deze kinderen valt de IC-bezetting onder een kritieke ondergrens.

Gevolgen voor de gezondheid

Er is nog een tweede optie, maar ook die lijkt niet werkbaar. Alleen het stabiliseren van kinderen met longontstekingen, een minder complexe vorm van IC-zorg, levert wat betreft aantallen patiënten genoeg op om de Leidse IC te compenseren voor verlies van bedden. Dit zou betekenen dat ruim 30 procent van alle kinderen met levensbedreigende luchtweginfecties in Nederland naar Leiden moet. Dan kan het voorkomen dat een kind in acute nood uit Vlissingen in de ambulance de kinder-IC in Rotterdam passeert onderweg naar Leiden, met mogelijke gevolgen voor de gezondheid.

Juist om dit soort lange aanrijdtijden in noodsituaties te voorkomen heeft de Nederlandse Federatie van Universitair Medische Centra (NFU), de koepel van academische ziekenhuizen, al besloten dat alle zeven UMC’s mét kinder-IC moeten blijven bestaan. Elke patiënt kan dan in dringende gevallen, waarin snelle behandeling cruciaal is, terecht in de eigen regio. Zonder kinder-IC kan een UMC die regionale rol niet waarmaken.

Complexe behandelingen

Experts wijzen erop dat Kuipers met dit plan meer problemen creëert dan hij oplost. Hoe deze reorganisatie mogelijk is zonder dat onmisbare kinder-IC-bedden verloren gaan wil het ministerie niet zeggen. Inhoudelijk gaat een woordvoerder niet in op de analyse van de NOS.

Uit een berekening blijkt dat Leiden per jaar minimaal 1460 bezette IC-bedden moet compenseren. Complexe behandelingen die nu in ander ziekenhuizen uitgevoerd worden, zoals levertransplantaties of behandelingen tegen kanker, leveren niet genoeg patiënten op voor de Leidse kinder-IC om het verlies van het hartprogramma op te vangen.

Deze conclusie valt te trekken­­­­ op basis van cijfers uit de database van het Amsterdam Health & Technology Institute. Deze database bevat gedetailleerde informatie, afkomstig van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Met de gegevens kan geanonimiseerd, maar op individueel niveau per aandoening worden vastgesteld hoeveel kinderen jaarlijks op de IC belanden.

Wat Kuipers met de hartchirurgie wil is ook al gebeurd met de zorg voor kinderen met kanker en andere complexe aandoeningen, zoals levertransplantaties en aangeboren long- of slokdarmafwijkingen. Ook die zijn gecentraliseerd of verregaand geconcentreerd in een beperkt aantal ziekenhuizen.

“Het kan niet zo zijn dat de concentratie van hartchirurgie gaat leiden tot de decentralisatie van andere vormen van kinderchirurgie”, zegt kinderchirurg Ivo de Blaauw, voorzitter van de wetenschappelijke beroepsvereniging voor kinderchirurgie.

“Wij zullen er alles aan doen om het verplaatsen van specialismen naar Leiden tegen te houden. Anders is het alsof de kwaliteit van zorg voor een kind met een slokdarmaandoening minder waard is dan die voor een kind met hartproblemen.”

Landelijk gezien kan de Nederlandse zorg zich de sluiting van een complete kinder-IC ook niet veroorloven. Nu al worden kinderen met ernstige longklachten door virussen soms van de ene naar de andere IC gebracht, omdat anders de overige kinderzorg niet kan doorgaan.

De Tweede Kamer heeft een motie van de SP, waarin het kabinet wordt opgedragen om het voortbestaan van de Leidse kinder-IC te garanderen, unaniem aangenomen. Die garantie lijkt op basis van bovenstaande berekening dus niet te geven.

De NZa concludeerde na grondig onderzoek in december vorig jaar al dat de kinder-IC van Leiden zal wegvallen zonder een herverdeling van complexe zorg. Bovendien betwijfelt de toezichthouder of die herverdeling überhaupt mogelijk is.

In een technische briefing van de Tweede Kamer in februari waarschuwde onderzoeksleider Doutsen van den Burg dat het vinden van compenserende maatregelen in het geval van het LUMC lastig wordt: “Er zijn geen voor de hand liggende chirurgische programma’s die zomaar naar Leiden kunnen worden verplaatst.”