Nederland zal zich volgende week van stemming onthouden als er binnen Europa gesproken wordt over nieuwe maatregelen om de verspreiding van kinderporno tegen te gaan via berichtendiensten als WhatsApp, Instagram, TikTok of Signal. Minister Van Weel van Justitie schrijft aan de Tweede Kamer dat het kabinet nog steeds zorgen heeft over de bescherming van grondrechten als privacy in het plan.

Ons land zal zich onthouden en dat actief kenbaar maken, schrijft Van Weel. Dat betekent volgens hem dat Nederland daarmee gerekend zal worden tot de landen die inhoudelijk tegen zijn, waardoor de kans klein is dat het voorstel doorgaat.

Het kabinet kiest er niet voor om helemaal tegen te stemmen. In zijn brief wijst de minister erop dat ook “de positie van ons land in het Europese krachtenveld” heeft meegespeeld bij de afweging.

Bij de bijeenkomst van de ministers van Justitie van de lidstaten ligt volgende week een compromisvoorstel van Hongarije op tafel. Daarin worden berichtendiensten verplicht om software te installeren die het berichtenverkeer moet controleren op bekende afbeeldingen van kindermisbruik. Als zo’n afbeelding wordt aangetroffen, moeten de bedrijven dat melden bij de autoriteiten.

Impact

“Nederland erkent de urgentie van de bestrijding van kinderpornografisch materiaal volledig”, stelt de minister. “Tegelijkertijd is het kabinet van mening dat er op dit moment onvoldoende duidelijk is over de impact van de voorgestelde maatregelen.”

Vanmorgen nog riepen Kamerleden en tech-experts het kabinet op om niet in te stemmen met de voorstellen. Het is volgens hen nog totaal niet duidelijk hoe de scan precies moet gaan werken. De software moet nog ontwikkeld worden. En omdat er dagelijks zo veel appjes verstuurd worden, is ook bij een kleine foutmarge de kans groot dat veel mensen ten onrechte worden beschuldigd.

Net als de briefschrijvers heeft Van Weel grote zorgen over de veiligheid en het brief- en telecommunicatiegeheim als het Hongaarse voorstel doorgaat. Berichten tussen burgers mogen alleen gelezen worden als er een concrete verdenking is.

‘Wet moet van tafel’

Een van de briefschrijvers, GroenLinks-PvdA-Kamerlid Kathmann, reageert opgelucht op het standpunt van de minister. “De blokkerende minderheid in Europa blijft overeind”, al vindt ze eigenlijk dat Nederland gewoon volmondig tegen moet stemmen. “Die wet wordt keer op keer van de plank gehaald en moet niet in de ijskast, maar van tafel.”

Volgens Kathmann is het voorstel voor de berichten-scan een vorm van massasurveillance “waarvan de AIVD de risico’s voor de digitale weerbaarheid te groot acht. De wet is gevaarlijk en onveilig.”