Minister Kaag van Financiën heeft vandaag een bezoek aan Kyiv gebracht. Ze sprak er over wat Oekraïne op de korte termijn nodig heeft aan financiële steun. Volgens de minister liggen er, naast militaire steun, ook kansen voor snelle wederopbouw.

Kaag ontmoette de Oekraïense ministers van Financiën en van Economische Zaken. De vraag wat Nederland op financieel gebied kan doen voor Oekraïne stond centraal in die gesprekken. Na afloop zei Kaag tegen de NOS dat het belangrijk is niet met andere landen in een race te belanden, waarbij iedereen hetzelfde doet. “De Oekraïners bepalen wat ze nodig hebben.”

Volgens Kaag is het ook belangrijk om de blik op de toekomst te richten. “Zelfs al gaat de oorlog nog een tijd door, je moet plannen hebben voor wat daarna komt. Dat is goed voor de moraal en het is goed voor de regering om met eigen middelen te kunnen blijven werken aan het land.”

Het kabinet heeft dit jaar 2,5 miljard euro ter beschikking gesteld aan financiële steun voor Oekraïne. Een groot deel daarvan is al uitgegeven aan defensie, zegt Kaag. Dit weekend maakte het kabinet bekend dat 180 miljoen euro extra wordt vrijgemaakt voor humanitaire hulp en wederopbouw op de korte termijn.

Economie op gang helpen

Kaag zegt dat ze met de Oekraïense minister van Economische Zaken heeft gesproken over hervormingsplannen om de economie weer op gang te krijgen. Ze benadrukt dat Oekraïne hierin veel zelf doet. “Wij geven liquiditeitssteun, maar we dragen niet de hele economie. Het is onze morele plicht om naast hen te blijven staan.”

Wat betreft de strijd tegen corruptie in het land zegt Kaag dat Oekraïne al belangrijke mijlpalen heeft behaald. “Dat is een weg van continue verbetering, maar ik denk dat hier een systeem wordt opgebouwd dat iedereen de garantie kan geven die ook nodig is richting de belastingbetaler.”

‘Oekraïne blijven steunen’

Naast gesprekken met regeringsfunctionarissen, bezocht Kaag een opvang voor ontheemde Oekraïners in de hoofdstad. De mensen die daar worden opgevangen komen voornamelijk uit de regio Loehansk, die bezet is door de Russen. Tegen vrijwilligers van de opvang zei Kaag dat ze hoopt terug te komen als Oekraïne bevrijd is. “Hopelijk is dat snel.”

Ook bezocht Kaag een plein waar legervoertuigen te zien waren die zijn ingezet in de oorlog. De minister noemde het een “verschrikkelijke herinnering aan menselijk lijden, trauma en de verschrikkingen van oorlog. Het laat zien dat we Oekraïne moeten blijven steunen om die oorlog te winnen.”