Minister Kuipers blijft bij zijn plan om de kinderhartcentra in Rotterdam en Groningen open te laten en die in Utrecht en Leiden te sluiten. Hij had zijn voornemen in februari al bekendgemaakt en dat besluit wordt doorgezet, schrijft hij aan de Tweede Kamer.

Over de concentratie van deze complexe vorm van zorg wordt al tientallen jaren gepraat en volgens Kuipers is het nu tijd voor actie. Hij zegt begrip te hebben voor de zorgen en emoties bij ouders, patiënten, personeel en universitaire ziekenhuizen. Maar volgens de minister is dit besluit in het belang van patiënten en is het noodzakelijk om dit te doen.

Kwaliteit verbeteren en kans op sterfte verminderen

Kuipers noemt concentratie van deze zorg nodig om de kwaliteit te verbeteren en het risico op sterfte en complicaties te verminderen. Als de operaties in meer dan twee centra uitgevoerd blijven worden, opereren de artsen te weinig om hun vaardigheden op peil te houden en is de beschikbaarheid van het zeer beperkte aantal professionals per centrum te laag, is de redenering van de minister.

Zijn voorganger De Jonge nam eerder nog een ander besluit, namelijk Groningen en Leiden sluiten en Utrecht en Rotterdam openhouden, maar de Nederlandse zorgautoriteit (NZa) kwam daartegen in het geweer. Kuipers kwam daarop terug van het besluit van De Jonge.

Niet alle zorg verdwijnt uit Utrecht en Leiden

Kuipers benadrukt dat niet alle zorg voor hartpatiënten in Utrecht en Leiden verdwijnt. Het gaat alleen om de chirurgische ingrepen. “Controles, poliklinische afspraken, voor- en nazorg en gesprekken over medicatie kunnen ook na de concentratie van operaties voor patiënten plaatsvinden in het vertrouwde ziekenhuis, door de eigen specialist.” Er komt nu eerst een overgangsperiode van tweeënhalf jaar.