Het demissionaire kabinet komt versneld met een strategie tegen Russische dreiging op de Noordzee. Dat bleek tijdens een debat vanavond in de Tweede Kamer. Daarin gaven partijen te kennen zich ernstige zorgen te maken over mogelijke Russische sabotageacties die de Nederlandse economie en maatschappij zouden kunnen lamleggen.

Europese inlichtingendiensten waarschuwden hun regeringen enkele weken geleden dat Rusland plannen smeedt voor gewelddadige sabotageacties in Europa. Deense, Noorse, Zweedse en Finse journalisten concludeerden vorig jaar al dat er aanwijzingen zijn dat Rusland plannen ontwikkelt om westerse gasleidingen, elektriciteits- en internetkabels op de zeebodem te saboteren.

VVD-Kamerlid Erkens vroeg zich af hoe het kan dat Russische bootjes “aanmeren in onze havens” of op “hun dooie gemak rondjes varen op onze kwetsbare Noordzee en onze infrastructuur kunnen inspecteren”. Ook D66-Kamerlid Paternotte wilde weten hoe de Russische schepen in de buurt kunnen komen van leidingen en kabels die essentieel zijn voor de Nederlandse economie.

Publieke meldingen

Volgens demissionair minister Ollongren van Defensie worden de schepen wel “goed in de gaten gehouden” en worden er tegenwoordig ook publieke meldingen van gedaan. Demissionair minister Yesilgöz van Justitie meldt dat de NCTV en Defensie “heel breed” risico’s en zaken in kaart aan het brengen zijn.

De strategie tegen de Russische dreiging zou na de zomer klaar zijn, maar het kabinet gaat dat nu versnellen. Onder meer VVD-Kamerlid Erkens drong daar op aan. “We hebben nog steeds geen uitgewerkte plannen ontvangen voor de bescherming van de Noordzee. We wachten al erg lang, dit duldt geen uitstel”.

Een deel van de plannen voor de bescherming van de Noordzee-infrastructuur zal het kabinet publiekelijk delen. Technische uitvoeringsdetails blijven omwille van de veiligheid geheim.

Kabinetswissel

Met de aanstaande kabinetswissel komt de uitwerking van de strategie daarna op het bordje van het nieuwe kabinet. De nieuwe coalitie van PVV, VVD, NSC en BBB heeft geen meerderheid in de Eerste Kamer en moet daarvoor aankloppen bij oppositiepartijen. Voor rechtse plannen is de steun van minstens vier kleine partijen nodig, waaronder Forum voor Democratie, JA21 en de SGP.

D66 maakte zich daar in het debat zorgen over en wilde van NSC weten of zij echt met een pro-Russische partij wil samenwerken:

Zorgen over de steun aan Oekraïne door de PVV zijn er ook bij grootste oppositiepartij GroenLinks-PvdA. Fractieleider Timmermans wil het niet meemaken dat de PVV Oekraïne niet steunt, en de andere drie coalitiepartijen dan voor een meerderheid steun bij GroenLinks-PvdA zoeken.

Timmermans vindt het onderwerp van zo’n groot belang dat de vier partijen het op dat onderwerp wat hem betreft eens zouden moeten zijn. Mocht dat niet zo zijn dan zal hij die steun geven, aldus Timmermans, maar dan vindt hij tijd voor nieuwe verkiezingen. VVD-Kamerlid Erkens zei zijn oren niet te geloven en sprak van “cynische politieke spelletjes” over de “rug van de veiligheid van Nederland”.

Publiekscampagnes

Partijen vinden verder dat er nog meer publiekscampagnes moeten komen om mensen beter te informeren wat ze zelf bij een crisissituatie kunnen doen. Ook Yesilgöz benadrukte het belang daarvan. Op de site Denkvooruit.nl kunnen burgers zien wat ze zelf kunnen doen om zich voor te bereiden, bijvoorbeeld door een noodpakket samen te stellen.