Het Europees Parlement heeft voor de omstreden natuurherstelwet gestemd. In de aanloop naar het debat was het spannend: de kans bestond dat de wet in zijn geheel zou worden verworpen. Maar de Europarlementariërs hebben het wetsvoorstel – zij het met opnieuw flink wat aanpassingen – toch aangenomen. Toen dat gebeurde, klonk een luid applaus uit de hoek van de linkse fracties.

Tegenstanders, de christendemocraten in het Europarlement voorop, voerden fel campagne tegen de wet. Dat die er toch gaat komen is een teleurstelling, zeggen ze, al zijn ze ook voorzichtig optimistisch. “Er is zoveel aan veranderd dat we er nu beter mee uit de voeten kunnen”, aldus CDA-Europarlementariër Esther de Lange, die sterk gekant was tegen het oorspronkelijke voorstel.

De overkoepelende doelen blijven staan: in 2030 moeten herstelwerkzaamheden plaatsvinden in 30 procent van de natuurgebieden in slechte staat. In 2040 is dat 60 procent en in 2050 90 procent. Ook worden er afspraken gemaakt over de bomen en planten in steden. Een groot struikelblok voor tegenstanders was het zogenoemde verslechteringsverbod dat bepaalt dat natuur er niet op achteruit mag gaan. Dat verbod zou binnen en buiten natuurgebieden gaan gelden op plekken waar natuur en leefgebieden in slechte staat verkeren.

Het verbod was al afgezwakt, doordat van landen alleen nog een inspanning wordt gevraagd in plaats van dat ze een verplichting krijgen opgelegd. In het voorstel dat nu door het Europees Parlement is aangenomen, is de angel er nog verder uitgehaald. Het verslechteringsverbod gaat alleen gelden in gebieden waar al natuur is of wordt hersteld. Ook is het hele artikel over landbouwgrond eruit gehaald en is er een zogenoemde noodrem gekomen: zodra de voedselveiligheid, voedselvoorziening, hernieuwbare energie of volkshuisvesting in de knel komen door bepalingen in de wet, kan de wet worden stilgezet.

Natte natuur

Ondanks alle aanpassingen zijn voorstanders opgelucht dat er überhaupt een wet is. Europarlementariër Bas Eickhout (GroenLinks): “Na een ongekende desinformatiecampagne van rechts bleek gelukkig dat er nog altijd een meerderheid van dit parlement vatbaar is voor redelijkheid. We geven landen een duidelijke opdracht: snel aan de slag, want wachten kan niet langer.”

Ook Nederlandse natuurorganisaties zijn in de eerste plaats blij dat er een wet komt. “Nu is er groen licht, zodat we echt werk kunnen maken van natuurherstel in Europa en dat is hard nodig”, zegt Kirsten Haanraads van het Wereld Natuur Fonds. Volgens haar kunnen er door deze wet ‘eindelijk’ concrete afspraken over natuurherstel worden gemaakt.

Harm Dotinga, jurist bij de Vogelbescherming, vindt het ook goed nieuws dat het Europees Parlement de wet niet heeft verworpen. Maar hij vraagt zich wel af wat er nu nog van overblijft: “Zoals het nu is, is het een lege huls.” Hij wijst erop dat ook de bepaling over de vernatting van veengebieden is verdwenen. Natte natuur is een ideale plek voor trek- en weidevogels, maar ze zijn ook belangrijk in de strijd tegen klimaatverandering, omdat uit natte veengebieden minder CO2 ontsnapt.

“Er moet nog met de landen en de commissie onderhandeld worden en hopelijk ziet de definitieve tekst er ambitieuzer uit”, aldus Dotinga. Ook Eickhout vindt het jammer dat het voorstel zo is verwaterd. “Helaas was verdere afzwakking van de tekst door zo veel weerstand onontkoombaar geworden.” Maar het belangrijkste staat nog overeind, denkt hij: “Een wet waarin staat dat de natuur hersteld moet worden. Hier kunnen én moeten we op voortbouwen.”

Pyrrusoverwinning

De christendemocratische fractie EVP, met CDA’er Esther de Lange voorop, was de drijvende kracht achter het verzet tegen de wet. Zij maakte zich met name zorgen over de gevolgen voor de boeren en eventuele rechtszaken die op grond van deze wet zouden kunnen worden gevoerd. Die zorgen blijven, maar de christendemocraten zijn wel blij met alle aanpassingen.

“Het is een pyrrusoverwinning voor links. Veel van onze bezwaren zijn in dit voorstel meegenomen”, aldus De Lange. Ook boerenbelangenorganisatie LTO blijft kritisch en is bang voor nieuwe stikstoftaferelen. “Deze wet schiet haar doel voorbij”, zegt LTO-woordvoerder Edwin Michiel. Hij is blij dat de natuurdoelen voor de landbouw eruit zijn gehaald. “Het is goed dat onze zorgen gehoord zijn.”

Het onderhandelen over de wet is overigens nog niet afgelopen. Het parlement gaat met dit voorstel als inzet in conclaaf met de Europese Commissie en de betrokken ministers om tot een eindtekst te komen.