Opvallend veel partijen die meedoen aan de verkiezingen van 22 november willen de belastingen voor mensen met veel geld verhogen. Partijen waarvan je het in eerste instantie niet van verwacht, zoals CDA, BBB en PVV, kiezen zelfs voor een extra miljonairsbelasting van 1 procent. Dat blijkt uit de verkiezingsprogramma’s en de antwoorden die de partijen hebben gegeven op stellingen van de Kieswijzer.

Alle politieke partijen die nu in de Tweede Kamer zitten willen de belasting op inkomsten uit werk verlagen, vooral voor de lage en middeninkomens. Ze vinden dat werken meer moet lonen.

De meeste partijen koppelen die verlaging van de inkomstenbelasting aan de afbouw van het toeslagenstelsel. Als mensen van hun salaris meer overhouden, hebben zij die ingewikkelde toeslagen als aanvulling op hun inkomen niet meer nodig, zo is de gedachte.

Tegelijkertijd is er dus veel steun om rijke Nederlanders juist meer belasting te laten betalen. Elf partijen willen zelfs een speciale miljonairsbelasting, voor iedereen die meer dan 1 miljoen euro bezit. Daarbij gaat het niet alleen om de traditioneel linkse partijen. Ook PVV en BBB kiezen daar volgens de Stemwijzer voor, al staat het niet in hun verkiezingsprogramma’s.

Volgens de laatste cijfers van het CBS waren er in 2021 317.000 huishoudens miljonair. Dat is vier procent van de huishoudens in Nederland. Twee derde van die miljonairs was toen werkzaam als zelfstandige. De meeste miljonairs zijn te vinden in de financiële dienstverlening, landbouw en verhuur en handel van onroerend goed.

Er komen nog steeds elk jaar miljonairs bij, maar daarbij moet worden aangetekend dat door de inflatie ook hun euro’s minder waard zijn geworden.

Verschillen verkleinen

Mensen die werken moeten dus meer overhouden in hun portemonnee, zeggen vrijwel alle partijen, van links tot rechts. Een deel daarvan wil via de belastingen ook nog de verschillen tussen hoge en lage inkomens verkleinen.

De vraag in de Stemwijzer of “mensen met een hoog inkomen meer inkomstenbelasting moeten betalen dan ze nu doen” wordt door een flinke groep partijen instemmend beantwoord (zie tabel).

Vrijwel alle partijen steunen de herziening van de vermogensbelasting in Box 3. Die is nu gebaseerd op een fictief rendement, maar wordt vanaf 2027 gebaseerd op daadwerkelijke inkomsten en winsten uit vermogen en beleggingen.

En er is ook steeds meer politieke steun om met die vermogensbelasting meer geld op te halen (zie tabel). Het CDA kiest voor een iets andere route: die partij wil de erf- en schenkbelasting verhogen om vermogens meer te belasten.

Miljonairstaks onzeker

Het invoeren van de extra miljonairsbelasting kan in beginsel op een meerderheid rekenen als je kijkt naar de huidige peilingen, maar het is nog hoogst onzeker of het er na de verkiezingen ook echt van komt. De twee grootste partijen in de peilingen, NSC van Omtzigt en de VVD, zijn er tegen. De kans is groot dat deze partijen betrokken zullen worden bij de formatie.

Toch is ook de VVD van lijsttrekker Yesilgöz niet helemaal doof voor de roep om hogere belastingen voor de rijken, zo lijkt het als je het verkiezingsprogramma leest. Daarin staat: “Ook kijken we waar we de verhouding tussen lasten op arbeid en lasten op vermogen rechtvaardiger kunnen maken. Maar tegelijkertijd mag dat geen excuus worden om het eigen huis, het pensioen of mkb’ers te belasten.”

In een toelichting aan de NOS zegt NSC ook voor solidariteit in het belastingstelsel te zijn, zodat de sterkste schouders de zwaarste lasten dragen. De partij van Omtzigt zet in op het veel meer belasten van het reëel rendement dat mensen behalen op hun vermogen. Volgens een woordvoerder kan dat zeker betekenen dat mensen die bijvoorbeeld een tweede huis hebben meer belasting gaan betalen.

Met de vergelijkingen tussen de verkiezingsprogramma’s wordt geen volledigheid nagestreefd. Partijen formuleren hun standpunten soms zo dat een één op één-vergelijking niet mogelijk is. Bij alle partijen is het verkiezingsprogramma in te zien via de eigen website.