Het kabinet heeft volgens premier Rutte vanavond “een fundamentele discussie” gevoerd over het signaal dat de kiezer op 15 maart heeft gegeven aan de politiek. Daarbij stond de vraag centraal “Is de politiek er wel voor iedereen?” zei hij na afloop van het beraad op het ministerie van Algemene Zaken. Hij erkende dat dat niet altijd het geval is.
Rutte was de enige die na afloop het woord voerde. De andere zeven aanwezige leden van het kabinet deden er het zwijgen toe en verwezen naar Rutte.
Volgens de premier “kan je uiteraard nooit een perfecte analyse maken”, maar hadden de deelnemers aan het beraad “een aantal echt gedeelde beelden” over de boodschap van de kiezer. “Er zijn verbeteringen nodig op een aantal grote processen.”
Dan gaat het volgens hem om de afhandeling van de aardbevingsschade in Groningen, de toeslagenaffaire en het stikstofbeleid. Op dat laatste punt wil de coalitie van VVD, D66, CDA en ChristenUnie de aanpak “zo gauw mogelijk in gang zetten”, met ruimte voor de boeren, maar ook voor de bouw van woningen en wegen.
Vertrouwen van de burger
Over die onderwerpen gaat binnenkort een brief naar de Tweede Kamer, die volgende week over het vertrouwen van de burgers in het kabinet debatteert.
Over het eventueel openbreken van het regeerakkoord is het volgens Rutte vanavond niet gegaan. Wel over mensen buiten de Randstad die zich zorgen maken over de aanrijtijden van ambulances en het openbaar vervoer. “Maar het gaat ook om mensen in de binnensteden die zich afvragen of ze hun kind nog wel naar de school van hun keuze kunnen brengen.”
De premier beseft naar eigen zeggen dat die problemen “niet morgen” zijn opgelost. “Maar het kabinet gaat de komende tijd met zichzelf in gesprek en met de samenleving.” Rutte is ervan overtuigd dat de regeringspartijen gezamenlijk een antwoord kunnen vinden op de politieke aardverschuiving na de Statenverkiezingen.
Het overleg tussen Rutte, de vicepremiers en hun secondanten begon rond 19.00 uur en was vier uur later afgelopen. Van tevoren zeiden de deelnemers al dat er zeker meer bijeenkomsten nodig zijn.