Een dag voor de verkiezingen gaan nog altijd drie partijen aan kop in de peilingen. In de Peilingwijzer staat de VVD net als gisteren op 26 tot 30 zetels, de PVV staat op 25-29 (gisteren 22-28) en GroenLinks-PvdA op 23-27 (gisteren 21-25).
NSC van Pieter Omtzigt lijkt met 19-23 zetels afgehaakt in de strijd om de grootste te worden. Nog maar een week geleden was er ook een top 3 van partijen die dicht bij elkaar stonden, maar toen hoorde NSC erbij en lag de PVV er duidelijk achter. De partij van Geert Wilders heeft in de laatste dagen flinke winst geboekt, zegt politicoloog Tom Louwerse, de maker van de Peilingwijzer, terwijl Omtzigt is weggezakt, en vandaag nog weer iets duidelijker op achterstand staat dan gisteren.
Wilders lijkt het goed te doen in de debatten, ook gisteren weer in het EenVandaag-debat. Bij onderzoeksbureau I&O Research wees bijna 40 procent van de kijkers hem als de meest overtuigende debater in dat debat aan. Rob Jetten van D66 deed het ook goed: een kwart vond hem gisteren de beste.
De Peilingwijzer is een gewogen gemiddelde van de zetelpeilingen van Ipsos/EenVandaag en I&O Research, die beide tot vanochtend peilden voor hun slotpeiling. “Het beeld is vandaag in grote lijnen hetzelfde als gisteren. We zien wel GroenLinks-PvdA iets hoger staan, maar dat valt nog net binnen de foutmarge”, aldus Louwerse.
Altijd wel een verrassing
Wat zeggen de slotpeilingen over de uitslag? In een vandaag gepubliceerd artikel laat Louwerse zien dat sinds 2006 de uitslag van de meeste partijen sterk overeenkomt met de slotpeiling. In twee derde van de gevallen is het verschil hooguit één zetel. Maar er is ook altijd wel minimaal één verrassing van 5 zetels of meer verschil. In 2017 scoorde de VVD veel beter dan in de slotpeilingen en in 2021 was dat D66.
Die verrassingen zijn niet per se het gevolg van fouten in de peilingen, maar komen ook doordat er op de laatste dag vaak nog flinke kiezersbewegingen zijn.
Het valt niet te voorspellen of dat ook morgen gebeurt, en zo ja, wie er dan van profiteert. Duidelijk is dat nog altijd veel kiezers twijfelen tussen twee of drie partijen. Onderzoeker Sjoerd van Heck van Ipsos/EenVandaag ziet een stuk meer twijfelaars dan de vorige keer: iets minder dan de helft van de kiezers weet zeker wat ze morgen gaan stemmen. Bij I&O is dat zelfs nog wat minder.
Van Heck en onderzoeker Peter Kanne van I&O denken allebei dat de strategische stemmer morgen het verschil kan maken. Ze benadrukken dat er zowel links als rechts strategisch wordt gestemd, linkse kiezers kunnen bijvoorbeeld GroenLinks-PvdA stemmen om Timmermans in het Torentje te krijgen of Wilders eruit te houden, rechtse kiezers kunnen strategisch stemmen om Timmermans uit het Torentje te houden.
Dat gezegd zijnde, merken ze wel op dat de rechtse strategische kiezer het lastiger heeft doordat PVV en VVD ongeveer even groot zijn. Want moet die kiezer nu Wilders of Yesilgöz stemmen om Timmermans uit het Torentje te houden?
“Je kunt eigenlijk niet anders denken dan dat de strategische stem Timmermans in de kaart speelt”, zegt Kanne daarom. Om er direct aan toe te voegen: “Maar de kans dat Jetten het goed gaat doen, bestaat ook.”
BBB zakt weg, D66 zit in de lift
Daarmee wijst hij op een andere trend in de Peilingwijzer: het feit dat D66 het tijdens de campagne behoorlijk goed doet. De partij is sinds half oktober significant gestegen, en is met 8-11 zetels nu duidelijk groter dan de BBB, die steeds verder is weggezakt en nu op 4-7 zetels staat.
De BBB staat inmiddels op hetzelfde niveau als de SP en de Partij voor de Dieren, die beide op 4-6 zetels staan. Daar weer achter staan CDA, ChristenUnie, Forum voor Democratie en Denk, met elk 3 tot 5 zetels, gevolgd door Volt en de SGP met beide 2 tot 4. Kans op een Kamerzetel maken verder nog JA21 (0-2), Bij1 (0-1) en BVNL (0-1).