Nederland was twee jaar geleden niet voorbereid op de val van de Afghaanse hoofdstad Kabul en de evacuaties uit Afghanistan. Volgens het AD staat dat in een rapport van een commissie onder leiding van oud-topambtenaar Ruys. De commissie zou hebben vastgesteld dat de samenwerking tussen de ministeries van Buitenlandse Zaken en Defensie stroef verliep.
Ook zou er sprake zijn geweest van “te positief wensdenken” en van een “collectieve inschattingsfout” van Nederland en andere landen over het tempo waarmee de taliban de macht zouden overnemen in Kabul
Het kabinet stelde de commissie vorig jaar in. Doel was om onafhankelijk onderzoek te doen naar de Nederlandse evacuatie-operatie in de zomer van 2021. Daarbij moest ook aandacht worden besteed aan de Nederlandse inlichtingenpositie en de communicatie tussen de betrokken ministeries.
Dat de evacuatie van Nederlanders en Afghanen die voor Nederland hebben gewerkt chaotisch verliep, werd kort na de val van Kabul al duidelijk. In de nasleep daarvan traden in september 2021 de ministers Kaag (Buitenlandse Zaken) en Bijleveld (Defensie) af, nadat moties van afkeuring tegen hen waren aangenomen. Het kabinet-Rutte III was toen al demissionair.
Kaag zei destijds in de Tweede Kamer dat “wij kennelijk een blinde vlek hebben gehad” voor hoe erg het was en hoe snel het zo erg zou worden. Volgens haar was het kabinet ook verrast door de zwakte van de Afghaanse strijdkrachten.
Het AD meldt dat de commissie de voorbereiding van de evacuaties als te beperkt en te laat kenmerkt. Ook zou Buitenlandse Zaken het aantal mensen dat moest worden geëvacueerd veel te laag hebben ingeschat.
Het rapport van de commissie-Ruys wordt morgen gepresenteerd.