De Tweede Kamer blijft tegen een individuele financiële tegemoetkoming voor nabestaanden van militairen en ambtenaren die in de Tweede Wereldoorlog in toenmalig Nederland-Indië werkten. Een meerderheid is het met staatssecretaris Maarten van Ooijen (VWS) eens dat een nieuwe zogeheten ‘backpay’-regeling de onvrede niet kan wegnemen.
Verschillende oppositiepartijen deden voorstellen om de weduwen van KNIL-militairen en ambtenaren toch een vergoeding te geven. Bij een eerdere regeling in 2015 kregen militairen en ambtenaren die nog in leven waren een tegemoetkoming voor de inkomsten die zij waren misgelopen tijdens de Japanse bezetting. Hun nabestaanden waren daar van uitgesloten.
Vorige week dinsdag liepen de emoties op de publieke tribune van de Tweede Kamer hoog op, toen een voorstel van de PvdA en SP werd weggestemd. De gemoederen raakten zo verhit, dat voorzitter Vera Bergkamp de tribune liet ontruimen.
Hoofdelijke stemming
De stemmingen over de overige voorstellen werden een week uitgesteld. Ondertussen zouden Kamerleden contact opnemen met de boze nabestaanden om over de kwestie te praten.
Vandaag werd er hoofdelijk gestemd over twee voorstellen om toch tot een regeling voor de nabestaanden te komen, van Groep Van Haga en de PVV. Toen ook die werden verworpen, met 68 tegen 61 stemmen, werd er opnieuw geschreeuwd vanaf de publieke tribune. Ondanks herhaalde verzoeken van Bergkamp werd het niet stil en besloot de voorzitter de vergadering kort te schorsen.
Staatssecretaris Van Ooijen zegt dat hij aanvankelijk van plan was de meestal hoogbejaarde weduwen en andere nabestaanden wel te compenseren voor het loon en het pensioen dat hun dierbaren zijn misgelopen. Maar hij veranderde naar eigen zeggen van mening toen bleek dat zo’n regeling “buitengewoon ingewikkeld” zou worden om uit te voeren.
“We zouden terechtkomen in welhaast kafkaëske situaties. Mensen moeten dan gaan bewijzen dat ze inderdaad nabestaande zijn. De overheid moet dan misschien salomonsoordelen gaan uitspreken.” Het noemt het een harde, verdrietige boodschap voor de gemeenschap.
Meer cultuur-sensitieve zorg
Omdat individuele tegemoetkoming niet mogelijk is, wil Van Ooijen wel samen met de Indische en Molukse gemeenschap gaan kijken of er iets te doen is op collectief niveau. Bijvoorbeeld door extra cultuur-sensitieve zorg in te kopen voor verpleeghuizen waar veel mensen wonen met een Indische of Molukse achtergrond.
Ook denkt hij aan het oprichten van een monument voor KNIL-militairen en het vergroten van de kennis over die periode.