Het kostte ruim dertig jaar om de uitstoot van broeikasgassen met zo’n 30 procent te verminderen. Maar het uiteindelijke doel blijkt met de huidige maatregelen niet haalbaar: er moet nog tenminste 25 procent af. En dat in zeven jaar. Daarom komt het kabinet vandaag met 122 maatregelen. Volgens Klimaatminister Rob Jetten ziet Nederland er de komende jaren veel groener uit.

De vervuiler moet (meer) gaan betalen voor zijn uitstoot, is de basisgedachte. Jetten zei vanmiddag op de persconferentie dat sommige maatregelen bij mensen zullen knellen. Er is al energie-armoede – meer dan 100.000 huishoudens deden een beroep op noodsteun voor hun energierekening – en veel huishoudens kampen met serieuze koopkrachtproblemen.

Jetten: “Een belangrijke randvoorwaarde is rechtvaardigheid. Klimaatbeleid moet voor iederen werken. Voor de grootste klappen trekken we extra geld uit: kwetsbare wijken met slechte huizen gaan we sneller verduurzamen en met de woningcoöperaties zorgen we voor zonnepanelen op huurwoningen.”

Koploper

De maatregelen zijn vooral gericht op een reductie van de CO2-uitstoot in de industrie, de mobiliteit en bij de elektriciteitsopwekking. Aan de pomp worden benzine en diesel enkele centen per liter duurder, door een verplichte bijmenging van bio-brandstof. Alles om klimaatverandering tegen te gaan en de opwarming van de aarde te beperken tot maximaal 2 graden, en bij voorkeur 1.5 graden Celsius.

Het geld, 28 miljard euro, komt uit het klimaat- en transitiefonds van 35 miljard euro. Daarmee moet Nederland de komende decennia “koploper in Europa zijn bij het tegengaan van de opwarming van de aarde”, zo schreef de coalitie in het regeerakkoord. Jetten: “Nederland heeft lang achteraan gehobbeld. We waren het vieste jongetje van de klas. We moeten nu tempo maken. Nederland wordt een samenleving met groene energie van eigen bodem en met industrie die vooroploopt.”

Beeld van de toekomst

Duurzaamheidsorganisatie Urgenda dwong via de rechter af dat Nederland meer moest doen om de CO2-uitstoot te verlagen. Vandaag zijn ze tevreden. “Het is een hele mooie eerste grote stap. Ik denk groter dan ooit”, zegt Urgenda-directeur Marjan Minnesma.

Maar helemáál is het kabinet er nog niet, vindt Minnesma. “Ik zou graag willen dat het kabinet in een volgende stap gaat uitleggen hoe Nederland er in de toekomst dan precies uit gaat zien. Niet alleen een waslijst aan maatregelen, percentages en moeilijke woorden, maar ook aanschouwelijk maken waar wij naartoe bewegen. Een beeld van de toekomst. Dat neemt mensen mee.”

Bij de industrie minder blije gezichten. De elektriciteitssector moet in 2035 al CO2-vrij zijn. In de industrie wil het kabinet in 2030 nog eens 5 megaton extra reduceren. Dat willen we best, zegt de voorman van de industriële grootverbruikers VEMW, maar dat lukt niet “omdat de randvoorwaarden niet zijn geregeld”.

Geen stroom

Industrielobbyist Hans Grünfeld: “Als je als bedrijf je gasboiler wilt inruilen voor een elektroboiler, heb je een aansluiting op het elektriciteitsnet nodig. Bedrijven die op dit moment bezig zijn om te elektrificeren, krijgen vrijwel in geheel Nederland van hun netbeheerder te horen dat er geen capaciteit is op het stroomnet.”

Hij vindt het de taak van Jetten om ook de netbeheerders aan de klimaatdoelen te houden en afspraken te maken. “Het is onbegrijpelijk dat de overheid harde maatregelen aankondigt richting de industrie en nalaat om – minstens zo belangrijk – de infrastructuur op orde te brengen.”

Jetten: “Liever groen hier dan grijs elders. We vragen bedrijven te verduurzamen. Die stroom regelen we ook.” De minister zegt dat de overheid hulp biedt bij goede klimaatplannen. “De infrastructuur zal sneller worden aangelegd.”

Menukaart

In de plannen is er geen vleestaks afgesproken, geen einddatum bepaald voor subsidie op fossiele branbstoffen en ook is nog steeds onduidelijk hoe het moet met de landbouw. En wat veel mensen ook lastig vinden te begrijpen is dat de treinen duurder worden en minder vaak gaan rijden.

“We hadden een heel grote menukaart van maatregelen die we ook nog hadden nog kunnen nemen”, zegt Jetten. Over de landbouw: “Dat gaat we in één keer goed doen met het landbouwakkoord. Dat geven we nog even tijd, maar als dat er niet komt, gaan wij het beleid maken.”

Wereldwijd draagt Nederland 0,5 procent bij aan de wereldwijde CO2-uitstoot. Dat is in graden temperatuurstijging niet uit te drukken. Dat Nederland zoveel wil doen aan reductie, terwijl China en India de ene na de andere kolencentrale openen, moeten we zien als een verplichting, zegt Jetten. “Ook onze handtekening staat onder het Klimaatakkoord van Parijs. Wij moeten als welvarend land voorop lopen. Laten we die koppositie pakken voor een gezondere wereld.”

Het klimaatplan heeft de steun van de coalitiepartijen in de Tweede Kamer, maar moet ook nog door de Eerste Kamer, en daar heeft het kabinet geen meerderheid.