Steeds meer jongeren gaan zonder diploma van school. In het studiejaar 2021-2022 stopten ruim 30.000 jongeren – bijna allemaal mbo’ers – zonder een zogenoemde startkwalificatie te halen, schrijft onderwijsminister Dijkgraaf aan de Tweede Kamer. Dat zijn er ruim 5000 meer dan het jaar ervoor en het is het hoogste aantal in tien jaar. Een startkwalificatie is een diploma van minimaal de havo, het vwo of mbo niveau 2.

Een belangrijke oorzaak is dat jongeren gedemotiveerd zijn geraakt in coronatijd, aldus de minister. Scholen gingen toen dicht en onderwijs werd veelal online gegeven. Ook zijn veel studenten vanwege de krapte op de arbeidsmarkt verleid om werk boven school te verkiezen.

Meer structurele oorzaken zijn persoonlijke problemen van jongeren, zoals schulden en psychische klachten, verkeerde studiekeuze en onvoldoende begeleiding voor jongeren met een hoge kans op uitval.

Houvast in het leven

De uitvalcijfers zijn een punt van zorg voor Dijkgraaf, omdat deze jongeren later vaak een onzeker bestaan leiden. De samenleving kan het zich volgens de minister “niet permitteren” dat zoveel mbo’ers stoppen met hun opleiding zonder diploma.

Schoolverlaters raken eerder werkloos, maken meer gebruik van de zorg en uitkeringen, en belanden bovengemiddeld vaak in de criminaliteit. “Uiteindelijk geeft een opleiding of startkwalificatie houvast in het leven; een toekomst met meer mogelijkheden”, zegt Dijkgraaf.

De minister wil het aantal schoolverlaters omlaagbrengen naar 18.000 in 2026. Na de zomer komt hij met een plan dat gericht is op de structurele oorzaken.