Stijgende prijzen, duurdere energie, hogere woonlasten. Nederland kende vorig jaar de grootste koopkrachtdaling in veertig jaar. Het einde van deze ontwikkeling is nog niet in zicht en dat bepaalt voor een belangrijk deel de politieke agenda voor de Tweede Kamerverkiezingen van 22 november.

Het woord bestaanszekerheid zal in de komende verkiezingsdebatten vaak vallen. Veel politieke partijen hebben het woord in hun verkiezingsprogramma staan. Het gaat ze daarbij niet alleen om armoedebestrijding, maar ook om een eerlijker inkomensverdeling voor iedereen.

In de verkiezingsprogramma’s van CDA en Volt bijvoorbeeld, komt het woord bestaanszekerheid veertien keer voor, in dat van GroenLinks-PvdA zelfs achttien keer. De VVD gebruikt het woord in het verkiezingsprogramma niet, maar heeft het wel over ‘werkende armen’ en het bestrijden van armoede, in totaal vijftien keer genoemd.

Tegenvallers opvangen

Financiële bestaanszekerheid is wat mensen minimaal nodig hebben om rond te komen, schulden te voorkomen en af te lossen en tegenvallers op te vangen. Andere aspecten van bestaanszekerheid zijn een goed en betaalbaar huis kunnen vinden, kansen en keuzes hebben op de arbeidsmarkt en voor je gezondheid kunnen zorgen.

De Commissie Sociaal Minimum, ingesteld na een motie van Kamerlid Pieter Omtzigt, concludeert dat een grote groep mensen honderden euro’s per maand tekort komt als de politiek niets doet. Hun bestaanszekerheid en die van hun kinderen komt in gevaar.

De commissie wijst de politiek erop dat dit grote maatschappelijke gevolgen heeft. Bijvoorbeeld door niet aflosbare schulden, de kosten van gezondheidsproblemen en kinderen die door armoede met een valse start aan hun leven beginnen.

Het verkiezingsprogramma van Nieuw Sociaal Contract is nog niet klaar, maar partijvoorman Omtzigt is veel van plan op het gebied van bestaanszekerheid:

De partijen hebben duidelijk naar de economen en inkomensdeskundigen geluisterd. Ondanks de verschillende politieke kleuren komen zij soms tot dezelfde oplossingen.

Bijvoorbeeld het verhogen van het minimumloon, nu maximaal 13 euro per uur, waardoor ook de uitkeringen meestijgen. SP, GL-PvdA en PvdD willen naar een minimumloon van 16 euro per uur. De CU wil toe naar 18 euro per uur in 2028.

Volt wil beginnen met een stijging naar 14 euro, en BBB wil een geleidelijke stijging, maar noemt geen bedrag. Ook VVD en CDA noemen geen bedrag, maar willen het minimumloon wel verhogen. JA21 is tot nog toe de enige partij die geen verhoging wil. Volgens deze partij zal een hoger minimumloon de “loon-prijsspiraal verder aanwakkeren” waardoor alles nog duurder wordt.

De belangrijkste aanvullingen op het inkomen van gezinnen zijn de kinderbijslag, het kindgebonden budget en de diverse toeslagen. Verschillende partijen willen deze op de korte termijn tijdelijk verhogen, andere willen gerichte belastingkortingen.

Pleisters plakken zat

Maar wat vooral opvalt in de verkiezingsprogramma’s: vrijwel alle partijen zijn het jaarlijkse pleisters plakken met ingewikkelde regelingen en toeslagen zat. Ze willen af van het toeslagensysteem en een eenvoudiger belastingstelsel.

Het CDA, de partij die aan de wieg stond van het toeslagensysteem, verwoordt het in het verkiezingsprogramma zo: “De grote onoverzichtelijkheid in toeslagen en heffingskortingen heeft het voeren van gericht armoede- en inkomensbeleid praktisch onmogelijk gemaakt.”

En daarom regent het in de programma’s zinnetjes als “uiteindelijk willen we af van het hele toeslagenstelsel” (VVD), “we gaan het stelsel van toeslagen overbodig maken” (SP) en “de belastinghervorming start met het afschaffen van de toeslagen” (CU).

Grote vraag voor alle partijen is wat de overbelaste Belastingdienst aankan en hoe de partijen hun plannen gaan betalen. Maar deze eensgezindheid biedt hoe dan ook perspectief voor de formatiebesprekingen na de verkiezingen.

De meeste verkiezingsprogramma’s zijn in concept bekend, de partijleden mogen nog stemmen over de definitieve versie. Andere verkiezingsprogramma’s moeten nog gepresenteerd worden, zoals dat van D66, PVV, Denk en dus NSC.