Er zijn minder blikjes op straat beland na de invoering van statiegeld erop. In zeker acht jaar is het aantal blikjes in het zwerfafval niet zo laag geweest, blijkt uit de nieuwste metingen van Rijkswaterstaat.
Demissionair staatssecretaris Heijnen van Infrastructuur en Waterstaat maakt in een rapportage aan de Tweede Kamer wel de kanttekening dat dit een eerste meting betrof. Uit verdere metingen dit jaar moet blijken of er sprake is van een eenmalige uitschieter of een trend.
In het tweede kwartaal van dit jaar, na de invoering van statiegeld op blik per 1 april, was het aantal in het zwerfafval gevonden blikjes een derde minder ten opzichte van het gemiddelde van de drie jaren ervoor. In het eerste kwartaal was er nog sprake van een kleine stijging.
Daarnaast zet de daling van plastic flesjes in het zwerfafval verder door. In de eerste helft van dit jaar werden er ruim 60 procent minder flesjes gevonden ten opzichte van dezelfde periode in 2020. Dat was het laatste jaar dat er geen statiegeld op plastic flesjes betaald hoefde te worden.
Geen verschuiving naar drankkartons
Volgens Heijnen lijkt het aantal drankenkartons in het zwerfafval stabiel te zijn. Voor deze verpakkingen geldt geen statiegeld. Ze concludeert “voorzichtig dat er geen sprake van lijkt te zijn van een verschuiving van verpakkingen met statiegeld naar verpakkingen zonder statiegeld”.
In september concludeerde Zwerfinator Dirk Groot, die sinds 2016 metingen verricht naar zwerfafval, nog dat er wel degelijk sprake is van een verschuiving. Sinds de invoering van statiegeld op flesjes in 2021 belanden er volgens Groot steeds meer drankenkartons op straat omdat een aantal fabrikanten met deze verpakking statiegeld willen omzeilen.
Staatssecretaris Heijnen concludeert in de kamerbrief dat statiegeld werkt tegen zwerfafval. Tegelijkertijd wil ze dat producenten van drankverpakkingen veel harder hun best doen om plastic flesjes en blikjes in te zamelen.
Een maand geleden uitte ze haar onvrede nadat was gebleken dat het bedrijfsleven 68 procent van de plastic flessen had ingezameld, in plaats van de wettelijk verplichte 90 procent. De Inspectie Leefomgeving en Transport eiste toen verbetering op korte termijn van het Afvalfonds, dat verantwoordelijk is voor de inzameling.