Lijsttrekker van de ChristenUnie (CU), Mirjam Bikker, zegt in een interview met Nieuwsuur dat het overeind houden van de principes van haar partij niet altijd makkelijk is. “Ik heb grijze haren van sommige gesprekken die ik binnenskamers voer. Soms lukt het niet om iets te bereiken, maar mijn standpunt verandert niet.”
De CU heeft twee kabinetsperiodes meegeregeerd en profileert zichzelf als een partij die niet door een morele ondergrens wil gaan. Uit onderzoek blijkt dat normen en waarden voor de CU-achterban het belangrijkst zijn.
Voor de val van het kabinet, in juli dit jaar, legde de VVD aan het einde van de crisisonderhandelingen een plan op tafel die het recht op gezinshereniging van bepaalde vluchtelingen moest beperken. Dat plan was voor de CU onbespreekbaar. Dat leidde mede tot de val van het kabinet.
Bikker zegt dat haar partij wilde praten over verschillende plannen die VVD en CDA graag wilden. “Maar kinderen horen bij hun ouders. Dat is ons principe. Men wist dat vanaf het begin. Ik sprak er telkens opnieuw over, binnen de partij en ik kreeg elke keer hetzelfde antwoord: onze principes, daar staan we voor.”
Meeregeren en de moeilijkheden daarvan, de CU weet er inmiddels alles van, zegt politiek duider Arjan Noorlander. “Bij de CU gaat het – uiteraard – veel over geloof, maar ook over geloofwaardigheid. Die bewaken, terwijl je in een kabinet stapte waar je niet in wilde, steeds weer principiële meloenen slikken om aan de macht te blijven. Het is nu aan Bikker om te bewijzen dat, na al die jaren meedoen met de macht, de CU nog een geloofwaardige partij is.”
Progressievere koers
De laatste tijd vaart de partij een progressievere koers. Zo bestaat er binnen de partij sinds kort een lhbtiq+-netwerk: CU4all. Ook ondertekenden de lokale fracties van de CU het Regenboog Stembusakkoord in tenminste dertien gemeenten. Daarmee ondersteunen ze het hijsen van de regenboogvlag op Coming Out Day en de organisatie van andere lhbti-evenementen. Daarnaast staan dit jaar voor het eerst twee paragrafen over transgenderzorg in het verkiezingsprogramma.
Bikker vindt het goed dat de lokale fracties hun eigen afweging maken. “Mooi dat iedereen zich bij de CU veilig voelt. Dat ervaren mensen zo. Lokale fracties stralen dat uit: iedereen mag hier meedoen.”
Uit onderzoek van Ipsos blijkt dat 27.5 procent van de CU-achterban tegen homoseksuele bestuurders is. Terwijl één van de drie CU-senatoren openlijk een homoseksuele relatie heeft. Toch zegt het partijbestuur dat “mensen met een monogame homoseksuele relatie op een waardige wijze God kunnen dienen en de partij kunnen vertegenwoordigen”.
Bikker noemt het “kostbaar” dat er binnen de CU ruimte is voor verschillende meningen. “We zijn een unie van christenen. In verschillende kerken voeren ze de gesprekken erover op verschillende wijze. Ik sta voor vrijheid en ruimte, ook voor mensen die het ingewikkeld vinden.”
Bij de achterban heerst over die progressieve koers ook onvrede. Annelijn de Gier vraagt zich af waarom haar partij zich niet meer principieel profileert op abortus en euthanasie:
Bikker geeft toe dat ze grote zorgen heeft over medisch-ethische dossiers. “Over een heel aantal dingen kom je er samen uit, en je verwoordt waar het ingewikkeld wordt. De CU kan niet al z’n idealen erdoor krijgen. Het is zoeken.”
Er is nog een thema waar de CU twee achterbannen wil bedienen en ook daar levert dat een spanningsveld op: tussen boer en natuur. In april schreef Bikker in een blog: “Sinds de ChristenUnie in het kabinet zit, is het roer omgegaan: als land nemen we zorg voor de schepping eindelijk écht serieus.”
Gepensioneerd boswachter én boerenzoon Arend Spijker ziet dat anders:
De zorg voor de schepping is leidend, zegt Bikker. “Als een visser uit Katwijk naar een vis kijkt, is dat voor hem ook de schepping. Boeren die houden van hun land, ook. Te lang is geld inderdaad leidend geweest. Dat moet anders.”
Dat door de CU “het roer om is” blijkt niet altijd uit het stemgedrag van de partij, blijkt uit onderzoek van Nieuwsuur. In het Europees Parlement onthield de CU zich van stemming over de Natuurherstelwet, die lidstaten verplicht in slechte staat verkerende natuurgebieden te herstellen. De partij vond dat er te weinig rekening werd gehouden met boeren en vissers. Dat terwijl de jongerenbeweging van de CU juist opriep juist vóór de Natuurherstelwet te stemmen: “Het herstellen van natuur in Europa zou een topprioriteit moeten zijn.”
In de Tweede Kamer stemde de partij meermaals tegen moties met plannen voor beschermde natuur op land en zee. Als Europa de garnalenvisserij in Natura 2000-gebieden wil tegengaan, schrijft de CU zelfs een motie om dat tegen te gaan. Een motie die wordt aangenomen.
Bikker zegt dat er in die moties ook afspraken werden geschonden die eerder waren gemaakt. “Bijvoorbeeld beloften aan de garnalenvissers. Hen was compensatie beloofd. En als er iets is beloofd dan is het beloofd.”
Bekijk hier het hele gesprek met Mirjam Bikker terug: