Het kabinet moet terug naar de tekentafel om de financiering van de kinderopvang te hervormen. Dat valt te concluderen uit een rapport van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) en het Centraal Planbureau (CPB). Het kabinet wil de opvang voor werkende ouders vanaf 2027 grotendeels gratis maken, maar volgens de planbureaus leidt dat nauwelijks tot meer mensen die gaan werken en vormt het een risico voor de kansengelijkheid in Nederland.

Het kabinet wil het ouders makkelijker maken om te werken, maar de planbureaus verwachten op dat vlak ‘weinig effect’ van de extra subsidie. Zij berekenden dat het aantal gewerkte uren in Nederland met 0,2 procent toeneemt als het kabinet voor alle werkende ouders 96 procent van de maximumuurprijs gaat vergoeden. Bijvoorbeeld doordat ouders aan het werk gaan of hun uren uitbreiden. Die stijging van 0,2 procent staat gelijk aan zo’n 15.000 extra voltijdsbanen.

Als het kabinet – zoals het van plan is – ook de zogeheten inkomensafhankelijke combinatiekorting afschaft, dan wordt het effect op de arbeidsdeelname zelfs ‘licht negatief’, zegt CPB-onderzoeker Egbert Jongen. “Die maatregel zorgt voor een daling van het aantal gewerkte uren van 0,3 procent. Bij elkaar is het effect dus licht negatief.” Het kabinet is van plan de inkomensafhankelijke combinatiekorting in 2025 af te schaffen, vooruitlopend op de extra subsidies in 2027.

Grootouders verruilen

Vrouwen werken in Nederland relatief vaak in deeltijd, maar de planbureaus denken dat goedkopere opvang daar weinig aan verandert. “Het aantal uren dat gewerkt wordt is minder gevoelig voor financiële prikkels dan de keuze om überhaupt te werken”, schrijven ze. Het aantal gewerkte uren hangt bijvoorbeeld ook af van sociale normen en eigenschappen van het werk.

Ondanks het feit dat ouders nauwelijks meer gaan werken, zal de vraag naar opvang waarschijnlijk wel toenemen. Als opvang goedkoper wordt, zal een deel van de ouders informele opvang door bijvoorbeeld grootouders verruilen voor formele opvang. De vraag naar opvang zal waarschijnlijk harder stijgen dan het aanbod, waardoor de personeelstekorten verder oplopen.

Het meeste profijt

Naast de geringe winst aan arbeidsdeelname wijzen de planbureaus op risico’s van de stelselwijziging. Ze noemen de kans ‘groot’ dat kinderopvang de eerste jaren na de voorgenomen stelselwijziging minder toegankelijk wordt voor kinderen die het meeste baat hebben bij opvang.

Wanneer de vraag naar opvang toeneemt, zullen de prijzen waarschijnlijk stijgen. Dat raakt huishoudens met een lager inkomen naar verwachting harder in hun gebruik van opvang, schrijven de planbureaus. Daarmee wordt opvang minder toegankelijk voor de kinderen die er het meeste profijt van hebben.

Betere start

De onderzoekers schrijven dat de effecten van goede opvang het duidelijkst en het sterkst zijn bij “kinderen die opgroeien onder minder gunstige sociaaleconomische omstandigheden, zoals in gezinnen met een laag inkomen of met ouders die niet werken”. Voor hen kan kinderopvang helpen om bijvoorbeeld een taalachterstand weg te werken, waardoor ze een betere start hebben op de basisschool.

In het nieuwe stelsel gaan de ouders van deze kinderen er financieel niet op vooruit. Vanaf 2027 wil het kabinet voor alle werkende ouders 96 procent van de zogeheten maximumuurprijs voor opvang vergoeden, maar daarmee verandert er voor de laagste inkomens niets: zij krijgen nu ook al 96 procent vergoed. Als de prijzen stijgen, moeten ze dus juist meer uit eigen zak betalen. Niet-werkende ouders hebben ook in de plannen geen recht op tegemoetkoming.

Midden- en hogere inkomens gaan er in het nieuwe stelsel juist op vooruit: zij betalen nu een groter deel van de opvangkosten zelf en krijgen in het nieuwe stelsel óók 96 procent van de maximumuurprijs vergoed. Zij houden dan dus meer geld over.

“De plannen kosten 2,5 miljard en dat geld levert op deze manier erg weinig op”, zegt CPB-onderzoeker Egbert Jongen. “Het kabinet kan meer uit dit geld halen als ze inzetten op kansarme kinderen in de opvang krijgen. Daar is de meeste winst te behalen.”

Om die kinderen naar de opvang te krijgen, is het volgens de planbureaus logischer om de eisen die aan het werk van ouders worden gesteld nog eens tegen het licht te houden. “Stellen krijgen nu alleen toeslag als beide ouders werken. Kinderen van ouders zonder werk gaan daardoor weinig naar de opvang, terwijl ze die opvang goed kunnen gebruiken. Kijk nog eens goed naar die eis in het licht van de ontwikkeling van de kinderen”, zegt Jongen.

Het idee om 96 procent van de maximumuurprijs te vergoeden vindt de onderzoeker onlogisch. “Als je de kansengelijkheid wilt vergroten, dan ligt het niet voor de hand om de midden- en hoge inkomens te ontzien. Wij adviseren dus echt een andere invulling van de hervorming van de kinderopvang.”