De AOW-leeftijd gaat in 2030 niet omhoog. Net als in 2028 en 2029 blijft de grens liggen op 67 jaar en drie maanden, meldt minister Van Hijum van Sociale Zaken aan de Tweede Kamer.
De AOW-leeftijd is gekoppeld aan de CBS-cijfers over de levensverwachting. Op basis van de meest recente cijfers zou de AOW-leeftijd in 2030 omlaag gaan, naar 67 jaar. Maar om iedereen tijdig zekerheid te bieden en een jojo-effect te voorkomen, is in de wet vastgelegd dat de AOW-leeftijd niet kan dalen en vijf jaar van tevoren wordt vastgesteld.
Coronaperiode
Volgens het CBS blijft de levensverwachting stijgen, maar in een langzamer tempo dan voor de coronaperiode werd gedacht.
Van Hijum schrijft dat als voor de lange termijn een trendbreuk komt in de levensverwachting, de systematiek van de AOW-leeftijd zou kunnen worden veranderd.
De minister benadrukt dat er nu geen sprake is van een structurele daling. “De levensverwachting stijgt structureel nog steeds, zij het in een langzamer tempo. De verhoging naar 67 jaar en drie maanden is enkele jaren eerder gekomen dan de prognose nu impliceert.”
Tot en met 2027 is de AOW-leeftijd 67 jaar.